Ster inactiefSter inactiefSter inactiefSter inactiefSter inactief
 

Moeizaam deed ze haar ogen open.  
Waar ben ik, dacht ze.  
Wilde met haar vingers in haar ogen wrijven.  
Dat ging niet.  
Hè, dacht ze. Mijn handen, waar zijn mijn handen?  
Haar handen bevonden zich achter haar rug. Vast. Aan elkaar.  
Ze lag op een bed. Het bed bevond zich in een kale kamer. Vaag kwam het haar bekend voor. Maar als haar handen.... En als de kamer?  
Ze kneep haar ogen stijf dicht.  
Rustig, dacht ze, rustig.  
Bij het begin beginnen.  
Wie ben ik. Dat weet ik. Ik ben Denise.  
Ik ben een vrouw van 38. Nee, dat was gisteren. Vandaag zou ik 39 moeten zijn.  
Vaag kwam het weer bij haar terug. Vandaag was haar verjaardag. Een verjaardag waarvoor ze zichzelf een cadeau gegeven had: een reis. Een reis naar Marokko. Alleen, maar voor de veiligheid: met een groep.  
Ze moest even glimlachen. Wat een veiligheid. Hier lag ze toch maar mooi op een bed. Met haar handen achter haar rug gebonden. Ze keek naar haar lichaam. Niet alleen gebonden, maar ook naakt. Ze zuchtte. De reisleider zou zo ontdekken dat ze verdwenen was. Dan zou men naar haar gaan zoeken. En een mooie blanke vrouw in Marokko: die zouden ze zo vinden. Als ze gingen zoeken.  


Weer kneep ze haar ogen fijn. Ajjjj. Niks zoeken. Niks reisleider.  
Want juist met hem had ze ruzie gezocht. Nou ja. Hij had beschermend zijn handen om haar schouwer gelegd, toen ze schrok van de begerige ogen van een paar knappe Marokkaanse mannen. Die duidelijk probeerden te raden wat er zich zou bevinden onder haar kleren. Zouden zij het zijn? Zouden zij haar hebben uitgekleed en gebonden?  
Nee, nee, niet zo snel. Eerst die ruzie. Waarom, in godsnaam had ze zo’n scéne gemaakt? Terwijl de man zo aardig en voorkomend was. Terwijl al die andere vrouwen van de groep niets liever wilden dan die arm om hen heen. En meer, vast veel meer.  
En terwijl zij hem eigenlijk ook best aantrekkelijk vond. Zelfs, als ze echt eerlijk was, ook wilde wat al die andere vrouwen wilden. En meer, veel meer.  
Waarom, oh waarom had ze haar reflexen niet wat beter in de hand?  
Maar nee, in plaats daarvan moest zo nodig de trut uithangen en op hoge poten zijn excuses eisen. En toen hij dat weigerde, te verklaren dat ze een klacht zou indienen. En niet langer met hen wilde reizen. Dat ze hier wel bleef. Alleen.   
En toen hij daar tegen in bracht dat Marokko niet veilig was voor alleen reizende vrouwen, dat zij een zelfstandige geëmancipeerde vrouw was. Die geen bescherming nodig had. En zeker niet van zo’n belachelijke macho als hij. Dat ze hem absoluut niet nodig had. Hij was in lachen uitgebarsten. En was weggelopen, haar aan haar lot overlatend.   
En zo was het gegaan. Alleen, zonder groep, had ze aan de vooravond van haar verjaardag gedineerd. Staalhard had ze diezelfde Marokkanen aangekeken die haar een drankje probeerden op te dringen. Wat had ze zich sterk gevoeld.   
En eenzaam. Vroeg was ze maar naar bed gegaan. Naar haar kamer. Nu wist ze het weer. Omdat de groep vertrok, hadden ze haar een andere kamer gegeven. Achter in het hotel. Eigenlijk had het haar verwonderd dat er daar zich nog kamers bevonden.  

Ze ging met moeite recht op zitten. Het laken dat haar nog gedeeltelijk had bedekt, gleed nu van haar af. Ze was inderdaad naakt. Haar handen waren met ruw touw gebonden. Vakkundig gebonden. Beide polsen waren meerdere keren omwonden en kruiselings aan elkaar verbonden. Als ze heel erg haar best deed kon ze nog net het touw zien.  
Haar benen hadden ze niet gebonden. Gelukkig. Ze corrigeerde snel haar houding, want ze was zo geconcentreerd geweest op haar handen dat ze met haar benen wijd op het bed zat. Ze ging op haar knieën zitten om op te staan. Ze draaide zich om om zo voorzichtig achterwaarts met één been uit bed te stappen.  
Daar had men blijkbaar op gewacht, want de deur ging plotseling open en twee mannen stormden naar binnen. De eerste gooide haar terug op het bed en greep haar in haar nek. Hij kroop naast haar en drukte haar gezicht diep in het kussen. En zei iets wat ze niet verstond in het Arabisch. Maar de toon liet niets te raden: geil en bruut. Met haar kont omhoog lag ze geknield op het bed. En realiseerde zich opnieuw dat haar benen gespreid waren. Weliswaar licht, maar waarschijnlijk voldoende om de mannen ruim zicht te geven op haar vrouwelijkheid. Ze wilde ze sluiten. Maar voelde handen die dat verhinderden. Nee, die haar dwongen zich verder te openen. Uit alle macht trachtte ze dat te verhinderen.   
Waarop een harde hand hard haar billen raakte.   

Een derde man was binnengekomen.  
Het was zijn hand die had geslagen.  
En het was hij die haar bijtend toesprak:  
“Tranquille.”  
En na een veelbetekenende pauze:  
“Tu es Denise.”  
Ze probeerde te antwoorden, maar de hand in haar nek drukte haar zo diep in het bed, dat alleen een vaag gemompel hoorbaar was.  
“Ah! , oui, tu es Denise bien sûr.”  
“Mais, ça c’est égal.”  
Ik, dacht ze, ik.  
En concluderend op koude, besliste toon vervolgde de man:  
“Je t’emmène, tu es à moi et  j’aime ton nom.”  

“Denise!”  
Hij sprak het bijtend uit, met een scherpe langgerekte “i” en sissende “s” uit.  
“Deniiiiisss!”  
Het was het ultieme bevel van een almachtig man.  
Ze wilde zich er tegen verzetten, maar merkte dat haar lichaam zich al had overgegeven. Haar spieren hadden zich ontspannen. Waar ze zonet nog worstelde om vrij te komen, had ze zich nu aan de handen van de twee mannen overgegeven. Om te merken dat die haar slechts in een vaste greep hielden. Maar haar verder niet aanraakten.  

Maar protesteren wilde ze wel.  
Dat zij, Denise, een vrije vrouw was. Niemands bezit. Dat ze zich nooit zou schikken. Dat ze liever dood was, dan slavin.   
Maar spreken kon ze niet. Daarvoor werd haar gezicht te vakkundig in het kussen geduwd.  
De man lachte.  
“Nous parlons, c’est à dire, c’est moi qui parle et tu écoutes. Seulement oui et non, ça suffit.”  
Waarop hij in het Arabisch een opdracht aan de twee andere mannen gaf en de kamer verliet.  
Natuurlijk had ze zich weer kunnen verzetten. Ze waren maar met zijn tweeën. Maar het was alsof de man haar wil om te vechten ontnomen had. Alsof hij haar duidelijk had gemaakt dat verzet onzinnig was. Dat hij haar in bezit had genomen en dat niets dat ooit zou veranderen.  
Misschien dat het was omdat ze daar zo lag: geknield op het bed, met haar kont in de lucht, haar knieën licht gespreid, haar handen gebonden, haar gezicht in het kussen. Naakt, heel erg naakt.   
Dat ze daarom de handen van de mannen als vanzelfsprekend ervoer.  
En het waren sterke handen. Verzet zou uiteindelijk toch zinloos zijn geweest.  
Dat wist ze.  
Maar toch verklaarde dat haar meegaandheid niet. Was ze niet gewend om te vechten? Zat de strijd niet in haar bloed? Tegen iedereen? En vooral tegen mannen.  
Haar tong was haar sterkste wapen. Haar venijnige opmerkingen waren berucht. Haar “zielige mannen boekje” door iedereen gevreesd. Deze mannen zouden daar ongetwijfeld in terecht komen. Zeker als het dezelfde waren die haar gister trachtten te versieren.  
Maar ze kreeg geen kans dat te controleren, want haar ogen werden geblinddoekt.  
Haar mond met tape verzegeld.  
Ze werd aan haar oksels omhooggetrokken.   
En gedwee liet ze zich omhoogtrekken.  
Waar was haar verzet?  
Maar zonder handen, zonder ogen, zonder mond was ze slechts een leden pop die moeiteloos door hen kon worden aangekleed. Nou ja, aangekleed? Een vormeloze jurk werd over haar hoofd gegooid. Een jurk die zo te voelen tot aan de grond reikte. Een burqa begreep ze uit de woorden van de mannen. Zo verschilde ze in niets van een willekeurige Marokkaanse vrouw. De mannen leiden haar aan haar ellebogen de kamer uit, een gang door en vrij snel en daarmee verrassend, naar buiten. Ze moesten zich nu achter het hotel bevinden, wellicht in een afgelegen steegje, want ze hoorde geen geluid. Maar het steegje was breed genoeg voor een auto. Die voor haar klaar stond en waarin zij op de achterbank geduwd werd.  
Een van de mannen nam ongetwijfeld plaats achter het stuur, de ander nam meende ze te horen aan de andere kant plaats op de achterbank. Hij raakte haar niet aan. Met haar handen op haar rug was dat ook niet nodig. Ongemakkelijk zat ze zo met haar handen achter zich pijnlijk vastgebonden. Zich zeer bewust van het feit dat ze ontvoerd was. Maar ook al had ze een mogelijkheid gezien om te ontsnappen: ze wist dat ze die niet ondernomen zou hebben.  
Daarvoor galmden de woorden nog te veel door haar geest:  
Tu es à moi!  


Ze opende haar ogen.  
Weer had ze het gevoel dat ze niet wist waar ze was.  
Maar dit keer was het terecht.  
Ze bevond zich in een kleine, maar gezellig ingerichte slaapkamer. Alles was in pasteltinten. Maar wel veel kleden aan de wand, poefs op de grond, dik tapijt. Het gaf de kamer een zeer oosters karakter. Wat zou kloppen natuurlijk. Want ze waren ongetwijfeld nog in Marokko.  
Waar ze was ontvoerd. Het kwam allemaal weer naar boven. Hoe ze naakt en gebonden wakker was geworden. Hoe de mannen haar voorover hadden gedwongen. Hoe de derde man haar in bezit genomen had. Hoe ze haar vervolgens hadden geblinddoekt, haar mond gesnoerd. Hoe ze in een burqa met de auto het hotel achter zich had gelaten.  
Ze hadden lange tijd gereden. Langs smalle, moeilijk begaanbare wegen waardoor  ze vaak slechts met moeite rechtop kon blijven zitten. Toen ze gestopt waren en de mannen haar dwongen uit te stappen, was de stilte overweldigend geweest. Toch bevond zich  hier een huis, waar ze naar binnen werd geleid. Haar burqa werd haar weer uitgetrokken, de tape van haar mond verwijderd. Haar blinddoek lieten ze echter, en haar handen bleven gebonden. Ze dwongen haar een drankje te drinken.   
“Couche-toi”, zeiden ze haar, “tu vas dormir pendant quelques heures.”    
Bang dronk ze. Ze legden haar op een bed.   
“Dors”  
En slapen deed ze. Zonder het te willen. Zonder daar macht over te hebben.  

Nu pas realiseerde ze zich dat haar handen niet langer gebonden waren.  
En dat ze volledig gekleed was. In haar uitgaanskleding. Een mooi sexy jurkje van glanzende stof. Duidelijk in haar garderobe geneusd. Zelfs haar schoentjes had ze aan haar voeten. En, terwijl ze het met haar handen strijkend over het jurkje controleerde, haar ondergoed.  

Ze voelde zich meteen een stuk zelfverzekerder. Het zou allemaal vast op een misverstand berusten. Ze stond op om de kamer te gaan verlaten. Oeps, het slaapmiddel had haar nog steeds in haar macht. Het draaide licht voor haar ogen, zodat ze fluks in de lichte fauteuil plaats nam. Even op adem komen.  
Voor ze echter voldoende hersteld was, kwam hij binnen.  
Ze wilde opstaan  
“S’il vous plaît,” sprak hij, en gebaarde te blijven waar ze was. Hoewel zijn toon nu aangenaam en beleefd was, was het duidelijk dezelfde man. En hoe beleefd dan ook, niet minder gezagvol. Zodat ze inderdaad bleef.  
Ook hij nam plaats, tegenover haar.  
Weer wilde ze in actie komen, nu om uitleg te vragen, te protesteren.  
Maar weer was zijn “S’il vous plaît” genoeg om haar het zwijgen op te leggen.  
“Ecoute à moi d’abord. Tu peux demander plus tard.”  
“Tu es à moi.”  
Weer wilde ze protesteren, maar een zacht ssss van hem was nu voldoende.  
“Je le vais expliquer.”  
En nauwgezet begon hij de positie uiteen te zetten waarin ze zich bevond.  
De groep was op reis gegaan, niemand zou haar missen. Wellicht zou men vreemd opkijken als ze zich op de terugreis niet in het vliegtuig zou bevinden. Maar gezien haar gedrag daarvoor zou het dat niemand echt bevreemden. Wellicht dat ze een vlucht eerder had genomen.   

Thuis zou men haar natuurlijk gaan missen.   
Uiteindelijk.   
Na enige tijd zou men navraag gaan doen. Wist men thuis met welke organisatie ze gereisd had? Ze schudde ontkennend. De man glimlachte: dat zou hen nog extra tijd opleveren. Maar uiteindelijk zou men bij de goede reisorganisatie terechtkomen. Hoewel het zeker nog dagen zou duren voordat men ontdekt had dat ze niet teruggereisd was met de groep. Dat ze deze verlaten had in het hotel in Fès. Navragingen zouden duidelijk maken dat ze op haar verjaardag het hotel verlaten had. In aanwezigheid van een man.   
Ze protesteerde: dat had ze duidelijk niet.  
De man glimlachte: toch wel. We hebben een meisje van plezier ingehuurd. Een blank meisje uit een Oostblok land. Een vrouwtje. Die heeft, voorzien van een pruik en jouw kleding, twee dagen voor jou gespeeld. Goed kreeg niemand haar te zien, maar dat hoefde ook niet. De man regelde alles, en zij was een blank meisje, en die zijn hier voor hen allemaal gelijk. Bovendien, de hoteleigenaar had niets te verliezen en alles te winnen.   
Ze zouden haar spoor verder volgen. Naar Casablanca. Daar hadden zij en de man hun intrek genomen, met jouw paspoort. Veel bleven zij op hun kamer. Het personeel wist wel waarom: een mooie vrouw, een knappe man. En de geluiden waren overduidelijk, zouden ze beweren. Daarna zou het spoor doodlopen. Op een paar plaatsen zou ze nog gezien zijn: met de man. Maar nooit meer zo duidelijk. Ze zouden lang naar haar zoeken, ongetwijfeld. Maar het spoor zou koud zijn. Zeker omdat men pas zo laat was gaan zoeken. En vanuit het verkeerde startpunt: Casablanca, in plaats van Fès. Men zou zoeken naar de knappe man. Die niet bestond. Nee, zij zou voor haar thuiswereld als van de aardbodem verdwenen zijn. Verdwenen met een onbekende lover.  

“Alors, tu es à moi”, sprak hij concluderend.  
En ze voelde dat het waar was.  
Hij zou haar gevangen houden.  
Ze zou nergens heen kunnen.   
Hier op deze ongetwijfeld van God verlaten plaats.  
Waar hij ongetwijfeld almachtig was.  
Nu pas durfde ze hem goed aan te kijken.  
Het was een knappe man, in de veertig, maar met nog strakke gelaatstrekken.  
Atletisch gebouwd.  
En vooral: heel erg Arabisch. Stijlvol. Elegant. En krachtig.  
Ze voelde dat het waar was.  
Dat ze van hem was.  
Omdat hij was die hij was.  
Hij was een bezitter.  
En zij zijn eigendom.  
Maar wat voor eigendom?  
En hoe zou hij haar bezitten.....  


Liefdevol.

Plaats reactie

SPAMMERS PLEASE FUCK OFF AND DIE!


Beveiligingscode
Vernieuwen

Comments

  • Annie en George op kostschool 10

    Eddiemer 16.11.2020 17:20
    leuk verhaal
    goed geschreven
     
  • De Verandering (Superlang Cuckold Verhaal)

    anoniem 15.11.2020 22:32
    Lekker lang lezen
    In coronatijd kun je niet genoeg porno lezen
     
  • Zwanger, En Geil Als Boter

    buurmanjan 01.11.2020 21:03
    Geile praat
    Ik weet dat je het heerlijk vind als ik grof en geil tegen je praat.
Our website is protected by DMC Firewall!